Werkwoordspelling Spelling Algemeen Grammatica Leesvaardigheid Schrijfvaardigheid Spreekvaardigheid Argumenteren Formuleren Literatuur

Suggesties, opmerkingen of vragen?

Stuur een berichtje naar

dekrosse@hotmail.com

ONLINENEDERLANDS  De volledige online lesmethode voor op het digibord

Iedereen mag alles van deze website gebruiken voor educatieve doeleinden. Copyright op de website en de volledige inhoud ligt bij de maker ervan: M. de Krosse

Op de hoogte blijven van

aanpassingen en aanvullingen?

Volg Online Nederlands op Facebook

1. (Kopen) etenswaren kunnen niet geruild worden.

2. De (verrassen) man kuste blij zijn vriendin.

3. Het (onthoofden) schaap bleef doodstil liggen.

4. Dat gold ook voor de (vermoorden) man.

5. De (schatten) waarde van het huis is ruim boven de vier ton.

6. Iedereen keek uit naar het lang (verwachten) kind.

7. Het (wassen) kind lachte lief naar zijn moeder.

8. De (redden) skiër had drie uur onder de sneeuw gelegen.

9. Volgens de Bijbel is Lucifer een (vallen) engel.

10. De (betrappen) inbreker sloeg snel op de vlucht.

Naar de antwoorden Naar de oefening Werkwoordspelling > bijvoeglijk naamwoord > oefening 14