Werkwoordspelling Spelling Algemeen Grammatica Leesvaardigheid Schrijfvaardigheid Spreekvaardigheid Argumenteren Formuleren Literatuur

Suggesties, opmerkingen of vragen?

Stuur een berichtje naar

dekrosse@hotmail.com

ONLINENEDERLANDS  De volledige online lesmethode voor op het digibord

Iedereen mag alles van deze website gebruiken voor educatieve doeleinden. Copyright op de website en de volledige inhoud ligt bij de maker ervan: M. de Krosse

Op de hoogte blijven van

aanpassingen en aanvullingen?

Volg Online Nederlands op Facebook

1. Het (stranden) schip werd pas maanden later teruggevonden.

2. Van de passagiers heeft slechts één vrouw het (overleven).

3. De reddingssloep waarin zij zat, was weliswaar (zinken).

4. Maar zij (redden, vt) het toch om het strand te bereiken.

5. Zij heeft vervolgens precies 131 dagen op een (verlaten) eiland doorgebracht.

6. Elke dag (kerven, vt) ze een diepe kras in een boomstam.

7. Als ze in de verte een schip zag, (wuiven, vt) ze zo hard ze kon.

8. Maar niemand zag de (uitputten) vrouw.

9. ‘Ik was bijna (verhongeren),’ vertelde ze achteraf in een interview.

10. ‘Mij (vinden) je voorlopig niet meer op een boot,’ voegde ze eraan toe.

Naar de antwoorden Naar de oefening Werkwoordspelling > bijvoeglijk naamwoord > oefening 16